Masutatsu Oyama (大山倍達, Ōyama Masutatsu; Gimje, Korea, 27 juli 1923 - Toki, 26 april 1994) was een karatemeester die de grondlegger is van het Kyokushin karate, waarschijnlijk de eerste en meest invloedrijke vorm van het full contact karate. Hij werd geboren als Choi Yeong-eui (최영의; 崔永宜), maar gaf er zelf de voorkeur aan om Choi Bae-dal (최배달; 崔倍達) genoemd te worden, om de nadruk te leggen op zijn Koreaanse etniciteit. Baedal is nl. een term voor het Koreaanse volk. Als Zainichi (Japanse term voor 'vreemdeling') Koreaan, bracht hij het grootste deel van zijn leven door in Japan en nam om persoonlijke redenen de Japanse nationaliteit aan in de jaren '60 van de vorige eeuw.
Masutatsu (Mas) Oyama is geboren als Yong I-Choi op 27 juli 1923, in een dorp niet ver van Gunsan in Zuid-Korea. Op vrij jonge leeftijd werd hij naar Mantsjoerije gestuurd om te wonen op de boerderij van zijn zus. Op negenjarige leeftijd startte hij met het trainen van de Zuid-Chinese vorm van Kempo, genaamd 'Achttien handen' van een zekere Mr. Yi, die toentertijd werkte op de boerderij. Toen Oyama terugkeerde naar Korea op twaalfjarige leeftijd, vervolgde hij zijn training in Koreaans Kempo.
In 1938, op vijftienjarige leeftijd, reisde hij naar Japan om te trainen als een vliegenier (piloot), om te zijn wat hij altijd al wilde, Korea's eerste gevechtspiloot. Overleven op zichzelf op die leeftijd bewees lastiger te zijn dan hij dacht, vooral als Koreaan in Japan, en zijn interesse in de pilotentraining zakte langzaam af.
In Japan vervolgde hij zijn Martial Arts training, door deel te nemen aan Judo en Boksen. Op een dag ontmoette hij een paar studenten die bezig waren met het beoefenen van Okinawaans karate. Hij raakte hier zo door geïnteresseerd, dat hij ging trainen in de dojo van Gichin Funakoshi in de Takoshoku Universiteit.
De vooruitgang van zijn training was zo goed dat hij op zeventienjarige leeftijd slaagde voor de 2e Dan. Op twintigjarige leeftijd treden hij in bij het Japanse Keizerlijke Leger, hij was nu een 4e Dan. Op dit punt kreeg hij ook serieuze interesse in Judo, en zijn vooruitgang was net zo excellent. Met de tijd is hij gestopt in het trainen van Judo.
Het verlies van Japan en het gebrek aan arbeid werd Mas Oyama teveel, die bijna wanhopig was. Gelukkig voor hem kwam So Nei Chu in zijn leven. Meester So, een mede-Koreaan (uit Oyama's eigen provincie) woonde ook in Japan, en was de hoogste autoriteit betreft het Goju Ryu in Japan. Hij was wel bekend om zijn fysieke en spirituele kracht. Het was hij die Oyama heeft aangemoedigd om zijn leven aan de Martial Arts te wijden. Ook was hij degene die Oyama heeft aangeraden om de wereld voor drie jaar achter zich te laten, waarin hij zijn geest en lichaam trainde.
Toen Mas Oyama 23 jaar oud was ging hij met Eiji Yoshikawa, de auteur van het boek 'Musashi' of waarschijnlijk 'Go Rin No Sho', het boek dat gebaseerd is op het leven van Japans bekendste samoerai 'Miyamoto Musashi'. Zowel het boek als de auteur hielp Oyama om te leren over de Bushido-code en wat het eigenlijk in hield. In dat zelfde jaar, ging Oyama naar de berg Minobu gelegen in het Chiba prefectuur, dit was de plaats waar Musashi zijn Nito-Ryu stijl van zwaardvechten heeft ontwikkeld. Oyama dacht dat dit de geschikte plaats was om de training te volgen die hij voor zichzelf had gepland. Onder de dingen die hij had meegenomen, had hij een kopie van Yoshikawa's boek. Een student genaamd Yashiro ging ook met Oyama mee.
De eenzaamheid speelde een grote rol, en na 6 maanden is Yoshiro 's nachts stiekem gevlucht. Nu werd het nog moeilijker voor Oyama, die meer dan ooit tevoren naar de beschaving terug wou keren. So Nei Chu schreef hem een brief waarin hij Oyama aanraadde een wenkbrauw af te scheren om van de drang af te komen. Oyama wist zeker dat hij niet wou dat iemand hem op die manier zag. Dit en alles haalde Oyama over de berg training voort te zetten, en hij slaagde erin de sterkste karateka van Japan te worden.
Maar snel daarna vertelde een vriend van Oyama dat hij niet langer de mogelijkheid had om Oyama steunen en te voorzien van voedsel. En zo, na veertien maanden, moest hij zijn eenzaamheid in de bergen beëindigen.
Een paar maanden later, in 1947, won Mas Oyama de karate wedstrijden van het eerste Japans Nationale Martial Arts Kampioenschap na de 2e wereld oorlog. Nog steeds voelde hij de drang voelde om zijn bergtraining van 3 jaar te vervolgen. Toen besloot hij zijn leven compleet te wijden aan karate-do. Oyama begon zijn training opnieuw, deze keer op de berg Kiyozumi, wiens ook gelegen is in het Chiba perfectuur. Deze plek koos hij voor de spirituele omgeving.
Deze keer was zijn training fanatiek, de training duurde 12 uur per dag zonder rust dagen waarin hij onder koude watervallen stond, rivierstenen met zijn blote handen brak, bomen gebruikte als makiwara en over snel over snelgroeiende vlasplanten sprong, honderden keren per dag. Ook bestede hij elke dag een periode aan de studie van oude klassieke martial arts, zen en filosofie.
Na achttien maanden kwam hij volledig zelfverzekerd uit de bergen, en hij was in staat zijn leven in handen te hebben. Nooit zal hij opnieuw zo hevig beïnvloed raken door de maatschappij om hem heen. Ook was het waarschijnlijk veilig te stellen dat zijn omstandigheden nooit meer zo slecht zullen zijn.
In 1950 startte Mas Oyama met het testen (en demonstreren) van zijn kracht door te vechten tegen stieren. Hiervan bestaan meerdere filmopnamen. Ook een muurschildering in de centrale dojo van de kyokushinkan in Tokio herinnert eraan. In totaal had hij tegen 52 stieren gevochten, drie daarvan waren op slag dood en bij 49 daarvan had hij de horens afgehakt door middel van een 'shuto'. In 1957, op vierendertig-jarige leeftijd, was hij bijna overleden in Mexico aan de gevolgen van een stier die hem in zijn rug aanviel en doorboorde. Wel was hij in staat de stier van zich af te vechten en zijn horens af te breken. Hij heeft zes maanden op bed gelegen waarin hij herstelde van de fatale wond. Vandaag de dag hebben de Dieren Rechten Groepen iets te zeggen over deze voorvallen, buiten het feit dat de dieren bestemd waren om geslacht te worden.
In 1952, reisde hij naar de Verenigde Staten voor een jaar om zijn karate live en voor de televisie te demonstreren. Gedurende de jaren in de VS, heeft hij alle uitdagers geaccepteerd, het waren er in totaal 270 verschillende mensen. De overgrote meerderheid zijn verslagen met slechts een stoot. Een gevecht duurde nooit langer dan drie minuten,en duurde zelden meer dan een paar seconden. Zijn gevechtsprincipe was simpel, als hij door je heen ging, dan was het over. Als hij je raakte, was je gebroken. Als je zijn stoot blokkeerde, was je arm gebroken of verplaatst. Of als je niet afweerde, dan was je rib gebroken. Hij kwam bekend te staan onder de naam 'the Godhand', een levende manifestatie van de Japanse krijger' stelregel 'Ichi geki,', 'Hissatsu' of 'Één slag meteen dood'. Wat hem betreft, was dit het middelpunt van techniek in karate. Het buitensporige voetenwerk en de ingewikkelde technieken waren naar zijn mening secundair, ondanks dat hij ook bekend was door de kracht van zijn 'head-kicks'.
Het was gedurende één van zijn bezoeken aan de Verenigde Staten dat Mas Oyama een man ontmoette genaamd 'Jacques Sandulescu'. Het was een grote Roemeense man, wiens gevangen was genomen door de Russische militie op zestienjarige leeftijd, en naar kolenmijnen is gestuurd als een slaaf voor twee jaar. Ze werden snel vrienden en bleven dat de rest van Oyama's leven. Jacques traint en is nog steeds adviseur bij de IKO-1 tot op de dag van vandaag.
In 1953 opende Mas Oyama zijn eerste 'Dojo', het was een grasveld in Mejiro in Tokio. In 1956 werd de eerste echte Dojo geopend in een voormalige ballet studio achter de Rikkyo Universiteit, vijfhonderd meter verwijderd van de huidige Honbu Dojo. In 1957 waren er 700 leden, ondanks het hoge opgeef-percentage, in verband met de intensiviteit en ruwheid van de training.
Beoefenaars van andere stijlen kwamen ook om te trainen, voor de 'jis-sen kumite' ('full contact' vechten). Een van de meest oorspronkelijke instructeurs genaamd 'Kenji Kato' zei dat ze observeren van andere stijlen, en elke techniek onthouden die goed is in een echt gevecht. Dit was hoe Mas Oyama's karate verbeterd werd. Hij nam technieken van andere Martial Arts, en beperkte zich niet alleen tot het karate.
De leden van de Oyama dojo namen hun kumite serieus, en zagen het als een primair onderdeel van de gevechtskunst, ze verwachtte te raken en om geraakt te worden. Met een paar uitzonderingen waren aanvallen naar het hoofd normaal, meestal met de 'palm heel' of met handdoek ingewikkelde knokkels. Grepen, werpen en aanvallen naar de lies waren ook heel gewoon. De ronde van een kumite duurde net zolang tot één iemand duidelijk aangaf te hebben verloren. Verwondingen en letsels kwamen dagelijks voor en het opgeef-percentage was over de negentig procent. Ze hadden geen officiële do-gi, iedereen droeg wat hij had.
In 1952 gaf Masutatsu Oyama een demonstratie in Hawaii, De jonge Bobby Lowe zag hem en was overweldigd door Oyama's kracht. Het was echter niet zo dat Lowe onervaren was in Martial Arts. Ondanks dat hij vrij jong was, was hij naar tijd niet veel minder ervaren dan Oyama zelf. Zijn vader was een Kung Fu instructeur, en heeft deelgenomen aan elke gevechtskunst die hij maar kon vinden. Op 23-jarige was hij een 'yondan' in judo, 'nidan' in kempo, 'shodan' in aikido, en een hoog gerespecteerd weltergewicht bokser.
Het duurde niet lang voor Lowe de eerste Kyokushinkai 'uchi deshi' ofwel 'live-in student' van Oyama werd. Hij trainde regelmatig met Mas Oyama gedurende een anderhalf jaar. Uiteindelijk was het begin voor een uchi deshi pas na duizend dagen afgerond. Deze uchi deshi's werden bekend als 'wakajishi', ofwel 'jonge leeuwen' van Mas Oyama. Jaarlijks kregen slechts een paar van de honderden kandidaten het privilege om een fulltime training te volgen onder begeleiding van Oyama.
In 1957 keerde Lowe terug naar Hawaii om de eerste school van Oyama buiten Japan te openen.
Het huidige wereld hoofdkwartier werd officieel in Juni 1964 geopend, met de naam 'Kyokushinkai', met de betekenis 'het uiterste, de waarheid en samenwerken'. In hetzelfde jaar werd het IKO (International Karate Organization) gevestigd. Vanaf dat moment, verspreiden kyokushinkai zich over meer dan honderdtwintig landen, met meer dan 10 miljoen geregistreerde leden, wat het één van de grootste Martial Arts-organisaties ter wereld maakt. Beter bekende kyokushin karateka's zijn Sean Connery (Ere-Shodan), Dolph Lundgren (Sandan, voormalig zwaargewicht kampioen in Australië), Nelson Mandela (Ere-Hachidan, President van Zuid-Afrika) en John Howard, (Ere-Godan, Eerste minister van Australië).
Sosai Masutatsu Oyama is overleden op 26 april 1994 ter gevolgen van longkanker, Oyama is zeventig jaar oud geworden. Zijn vervanger werd Akiyoshi Matsui. Er is hierdoor vele politieke en economische ophef ontstaan in de Kyokushin-wereld. Vandaag de dag is de IKO, geleid door Shokei Matsui, de grootste karate-organisatie ter wereld met meer dan twaalf miljoen leden in 135 landen.
GESCHIEDENIS